Drie leden van het Japanse Rode
Leger richten in
1972 een slachting op
de
Israëlische luchthaven Lod.
Door: Franklin ter Horst (Aangemaakt: 10 augustus 2022)
Op 30 mei 1972, om 10 uur 's avonds waren drie Japanse terroristen Kōzō
Okamoto, Tsuyoshi Okudaira en Yasuyuki Yasuda op het vliegveld van de
Israëlische luchthaven Lod (het huidige Ben Gurion Airport) geland aan boord
van Vlucht 132 van Air France-vlucht vanuit Rome. De aanvallers waren leden van
communistische groep het Japanse Rode Leger (JRA), en werden
aangeworven door de Palestijnse terreurorganisatie het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP)
kregen hun opleiding in Libanon. Terwijl de Israëlische veiligheidsdiensten
altijd bijzonder waakzaam waren voor potentiële Palestijnse aanvallers, werden
zij compleet verrast door de Japanse terroristen.
Na
de landing liepen ze naar de bagageband waar ze machinegeweren te voorschijn
haalden op wat leek op vioolkisten en begonnen lukraak te schieten op
luchthavenpersoneel en bezoekers, onder wie een groep bedevaartgangers uit
Puerto Rico, en gooiden lukraak handgranaten naar de menigte mensen in de
aankomsthal. Okudaira rende naar buiten en opende het vuur op passagiers die
net uit een El Al-vliegtuig waren uitgestapt, totdat hij door een voortijdige
explosie van een van zijn eigen handgranaten werd gedood. Een andere lezing is
dat hij zichzelf door het hoofd zou hebben geschoten. Yasuyuki Yasuda werd
tijdens de aanval eveneens doodgeschoten. Het is onduidelijk of dit door zijn
eigen wapen gebeurde of door dat van zijn partners of door de
veiligheidsdiensten.
Of de Japanse terroristen verantwoordelijk waren voor alle
slachtoffers, is betwist, omdat sommige slachtoffers mogelijk terechtkwamen bij
de schotenwisseling tussen de aanvallers en het beveiligingspersoneel van de
luchthaven.
Bij de aanslag werden 26 mensen afgeslacht onder hen ook 17 christen pelgrims
afkomstig uit Puerto Rico, één Canadese burger en
acht Israëliërs; nog eens 80 mensen werden verwond. Onder de gedode Israëliërs
bevond zich de beroemde wetenschapper professor Aharon Katzir, van wie
de broer, Ephraim Katzir, een jaar later op 24 mei 1973 voor een
periode van vijf jaar zal zetelen als president van Israël. De Palestijn Wadi
Haddad, die de aanstichter van de aanval zou zijn geweest, werd begin 1978
gedood door de Israëlische veiligheidsdienst Mossad.
De enige overlevende terrorist, Kozo Okamoto, werd
neergeschoten door de beveiliging en gearresteerd toen hij probeerde de
terminal te verlaten en werd later veroordeeld tot 3 keer levenslange
gevangenisstraf plus nog eens tien jaar opsluiting.
Okamoto tijdens zijn
proces
Het Japanse publiek
reageerde aanvankelijk ongelovig op de eerste berichten dat de daders van het
bloedbad Japanners waren. Okamoto vertelde een door de Japanse ambassade naar het
ziekenhuis gezonden diplomaat dat hij niets persoonlijks had tegen het
Israëlische volk, maar dat hij zijn plicht deed "als soldaat van de
wereldrevolutie".Hij werd later vervroegd vrijgelaten als onderdeel van
een gevangenenruil tussen Israël en de Palestijnen, bekend als het Jibril
Agreement. Op 21 mei 1985 werden 1150 gevangenen, die opgesloten zaten in Israëlische
gevangenissen, geruild voor drie Israëlische soldaten, Yosef Grof,
Nissim Salem en Hezi Shai die tijdens gevechten in de Eerste Libanonoorlog
waren opgepakt.
Onder de vrijgelaten Palestijnen van de Jibril Agreement bevond
zich ook sjeik Ahmed
Yassin die in 1987 (opzoeken)
aan de basis stond van de Palestijnse terreurbeweging Hamas wat voortkwam uit
een organisatie genaamd Al-Mujamma al Islami, een afsplitsing van de Egyptische
Moslimbroederschap. In de tachtiger jaren genoot Yassin steun van de
Israëlische overheid die hem zag als mogelijke bondgenoot in de strijd tegen de
PLO van de voormalige terreurmiljardair
Jasser Arafat. De lichamelijk gehandicapte Yassin werd in die tijd
herhaaldelijk medisch behandeld in Israël. In de tweede helft van de tachtiger
jaren begon de beweging van Yassin zich echter steeds meer te verzetten tegen
Israël en werd het steeds meer een terreurbeweging. Het karakter van deze club
veranderde definitief in 1987 met het begin van de eerste intifada (1987-1993).
In 1987 veranderde de naam Al-Mujamma al Islami zijn naam in Hamas dat onder
leiding kwam te staan van Yassin en Abdel Aziz al-Rantisi. Sinds het begin van
de 2e
intifada in september 2000, werden er onder leiding van Yassin en Rantisi
425 terreuraanslagen uitgevoerd, waaronder 52 zelfmoordaanslagen waarbij in
totaal 377 Israëli's, burgers en militairen zijn vermoord en 2076 gewond
geraakt.
Als reactie op al deze
gewelddadigheden besloot Israël de beide leiders van Hamas, Yassin en Rantisi
te liquideren. Op 22 maart 2004 zag eerst Yassin (67), zijn grote wens om als martelaar te mogen sterven in
vervulling gaan. Tijdens een interview dat hij op 26 juli 1998 gaf aan de
PLO-krant Al-Quds, stelde de journalist hem de vraag: "Denkt u dat Israël
zal proberen u te liquideren", Yassin antwoordde: ,,Ik zal ontzettend blij zijn als dat gebeurt. Ik wilde dat zij het al
gedaan hadden. De dag dat ik als shahid (martelaar voor Allah) zal sterven, zal
de gelukkigste dag van mijn leven zijn.” Vanuit zijn rolstoel gaf hij
opdracht tot het plegen van massamoorden op Israëlische burgers en zond hij
kinderen als zelfmoordenaars de dood in.
Hier wordt Ahmed Yassin
gekust door aartsterrorist Jasser Arafat
Als ‘geestelijke’ predikte hij voor "de bevrijding van Palestina van de rivier de Jordaan tot de
Middellandse zee.“ Hij leerde zijn gevolg dat de Joden afstammelingen zijn
van apen en varkens. Hij heeft er nooit een geheim van gemaakt tegenstander te
zijn van een Joodse staat in het Midden- Oosten. Vlak voor hij met een raket-
afgevuurd door een IDF-helikopter, werd geliquideerd, zei hij nog in een
interview met het Duitse blad Der Spiegel dat de Joden maar een eigen staat
moeten zoeken in Europa. De leiders van Europa waren er als de kippen bij om de
liquidatie te veroordelen en spraken van een "Buitenwettelijke
moord". De Britse dwaalgeest van Buitenlandse zaken Jack Straw zei “de aanslag op de oude man van (80) in
zijn invalidenwagentje onwettig, onacceptabel en ongerechtvaardigd te vinden.”
Na de liquidatie van Ahmed Yassin, zei de voormalige Nederlandse minister
van Buitenlandse zaken Ben Bot (CDA) dat de EU-ministers het in recordtempo
eens waren geworden om met een scherpe afkeuring aan het adres van Israël te
komen. "De verontwaardiging is unaniem" sprak Bot die
net als zijn voorgangers, met regelmaat meezong in het valse koor van de
Europese Unie.
Franklin ter Horst
Terug naar: Inhoud