De aankondiging van het oordeel

Door: Franklin ter Horst (Aangemaakt: 6 augustus 2018)

Met dank aan het Bijbelstudieteam Jur van Calkar en Simonida Dijkhuis-Nijhof voor hun medewerking aan deze Bijbelstudie.

 

Openbaring 14: 6 t/m 8 “En ik zag een andere engel vliegen in het midden des hemels en hij had een eeuwig evangelie, om dat te verkondigen aan hen, die op de aarde gezeten zijn en aan alle volk en stam en taal en natie: en hij zeide met luider stem: Vreest God en geeft Hem eer, want de ure van zijn oordeel is gekomen, en aanbidt Hem, die de hemel en de aarde en de zee en de waterbronnen gemaakt heeft.”

 

Na het intermezzo van de 144.000 verzegelden met het Lam op de berg Sion wordt de beschrijving der gerichten- die nu hun hoogtepunt naderen met de grote oogst, de slag bij Armageddon, de val van Babylon en de “grote hoer”- nog niet voortgezet. Wel worden nieuwe oordelen aangekondigd, en dat in een tijd waarin de twee beesten de volle maat van hun ongerechtigheid naderen. Een opmerkelijke bijzonderheid is dat dit aanzeggen van de laatste oordelen gepaard gaat met een laatste waarschuwing tot bekering.

De eerste engel

Zeer opmerkelijk is dat een engel het genoemde evangelie, deze goede tijding verkondigen moet. God is rechtvaardig en gaat tijdens deze periode, waarin het evangelie van het komende koninkrijk nauwelijks meer verkondigd kan worden, zelfs drie engelen gebruiken om de wereld nogmaals te waarschuwen. In het allerlaatste dieptepunt van de gerichten en de ongerechtigheid gaat de hemel spreken, door de dienst van engelen. Hij kondigt het oordeel over alle volken aan. Tevens roept hij de volken op aarde op om God te aanbidden. De eerste engel vliegt als eerste in een reeks van zes machtige engelen, hoog aan de hemel zodat hij mogelijk voor iedereen zichtbaar zal zijn vergelijkbaar met de arend in Openbaring 8:13. Deze eerste engel kondigt geen oordelen aan, zoals de arend, maar goed nieuws. Hij heeft een eeuwig evangelie dat zo belangrijk is, dat alle mensen die nog op aarde zijn overgebleven die niet God, maar het beest de eer geven het moeten horen. Tegen alle leugens en het gebral van de beesten schalt hier Gods-stem over de aarde en wordt de waarheid nog eenmaal uitgeroepen. Toch gebeurt deze aankondiging niet zonder meer, want eerst komt de uitnodiging; “Vreest God en geeft hem heerlijkheid, want het uur van Zijn oordeel is gekomen; en aanbidt Hem, die de hemel en de aarde en de zee en de waterbronnen gemaakt heeft”. Maar uit het vervolg blijkt, dat deze uitnodiging niet aanvaard wordt, waarna van toepassing wordt, wat God eens tot Zijn eigen volk zei:

 

Jesaja 63:10 “Maar zij waren wederspannig en bedroefden zijn heilige Geest; daarom veranderde Hij voor hen in een vijand.”

 

In een tijd waarin van God nauwelijks sprake meer is en waarin zijn woord niet meer verkondigd wordt, herinnerd dit eeuwig evangelie eraan dat er in de hemel een Schepper en Heer van alle dingen bestaat. Het gaat hier niet om een evangelie, dat ieder die in de Jezus/Yeshua gelooft voor eeuwig behouden is. Het is de boodschap van het einde; van redding en rust voor de ene mens, de gelovige en oordeel en straf voor de andere mens, voor de ongelovige. Dit evangelie houdt zelfs de val en het oordeel van Babylon in!

 

2 Corinthiërs 2:15-16 “Want wij zijn voor God een geur van Christus, onder hen die gered worden, en onder hen, die verloren gaan; voor dezen een doodslucht, ten dode,voor genen eersten een levensgeur ten leven. En wie is tot zulk een taak bekwaam?”

 

Het is in feite een laatste oproep aan de mensheid om tot inkeer te komen, omdat nu spoedig Gods oordeel zal komen en er geen redding meer mogelijk is. Buig voor de oordelende God en wendt u af van de Babylonische afgodendienst van de twee beesten. Het gaat hier dus duidelijk niet over een evangelie der genade maar een gerichtsevangelie: de aankondiging van het eindoordeel. Dit evangelie is gericht tot een mensheid die reeds talrijke vreselijke gerichten achter de rug heeft maar desondanks in hun satanische haat God uitdaagt. Nu onder het zevende zegel, in de tijd van de antichrist, is het oordeel gaande. Op de door de antichrist en zijn valse profeet beheerste aarde kan het evangelie de ontaarde mensen niet meer bereiken.

 

De wereld kan dan ook nooit stellen dat zij onvoorbereid haar ondergang tegemoet is gegaan. Hier wordt het woord evangelie aangeduid om een naderend onheil aan te kondigen. Er is geen sprake meer van liefdevolle aandrang maar hier wordt een laatste appèl gedaan op de volken God te vrezen, omdat Zijn oordeel is gekomen.

 

De tweede engel

 

Openbaring 14:8 “En een andere, een tweede engel, volgde zeggende: Gevallen, gevallen is het grote Babylon, dat van de wijn van de hartstocht zijner hoererij al de volkeren heeft doen drinken.”

 

De gebeurtenis die hier behandeld wordt, speelt zich pas later af. De tweede engel kijkt al vooruit in de toekomst en ziet wat nog gebeuren moet. Hij proclameert de val van Babylon de stad van al het kwaad.

 

De val van Babylon

 

Babylon heeft de volkeren namelijk tot afgoderij verleid, wat hier als hoererij wordt voorgesteld. De tweede engel drukt als het ware zijn vreugde uit over de val van Babylon in het dubbele “Gevallen, gevallen”. Ook Jesaja noemt dezelfde woorden:

 

Jesaja 21:9 “…zie, daar komt een troep mannen, een stoet ruiters, twee aan twee. Toen hief hij aan en zeide: Gevallen, gevallen is Babel, en alle gesneden beelden van zijn goden heeft Hij ter aarde verbrijzeld.”

 

Chronologisch gezien zal de kwestie Babylon pas in Openbaring 17 en 18 behandeld worden en het oordeel over hen die het beest aanbeden hebben, zal pas in Openbaring 19  plaatsvinden. Babylon staat tegenover Jeruzalem en na alle “successen”van de beestmensen is nu het uur van het oordeel aangebroken en wordt in het tweede deel van hoofdstuk 14 globaal de uitvoering van dat oordeel beschreven. Hoewel de Zoon des mensen nog niet persoonlijk op aarde is gekomen voor de beslissende eindslag, is Zijn aanwezigheid voor ieder, ook voor de goddelozen, geen twijfelpunt meer. Het verzet tegen Zijn aanwezigheid en Zijn komst is openlijk. De strijd gaat nu om Jeruzalem.

 

Zacharia 12:3 Te dien dage zal Ik Jeruzalem maken tot een steen, die alle natiën moeten heffen; allen die hem heffen, zullen zich deerlijk verwonden. En alle volkeren der aarde zullen zich daarheen verzamelen.”

 

Het grote Babylon is met een waas van geheimzinnigheid omgeven. Zelfs haar naam is een geheimenis. Het oude Babylon, was het type van een goddeloze macht, die het volk Gods verdrukte en daarom verdelgd werd:

 

Jeremia 51:7-8-9 “Babel was in de hand des Heren een gouden beker die de gehele aarde dronken maakte; van zijn wijn dronken de volken, daardoor werden zij verdwaasd. Plotseling is Babel gevallen en gebroken, jammert om hem! Haalt balsem voor zijn pijn, misschien is het te genezen. Wij hebben Babel trachten te genezen, maar het is niet te genezen; verlaat het en laten wij gaan, een ieder naar zijn land; want tot de hemel reikt zijn oordeel en het verheft zich tot de wolken.

Babel is de stad van de wetteloosheid, hetgeen zich uit in zwarte en witte magie, toverij, astrologie. Babel is de bron van afgoderij en hoererij. De val van Babylon moet op dit moment nog komen. Zijn val wordt echter reeds als een voldongen feit genoemd. Dit maakt duidelijk, dat deze val zeker zal komen. Dit Babylon houdt zich bezig met het dronken voeren van “al de volkeren”met de wijn van de hartstocht van haar hoererij. Dit Babylon heeft alle naties van de wijn van haar hoererij te drinken gegeven, en wie ervan gedronken heeft, zal ook drinken van de ongemengde wijn in de drinkbeker van Gods toorn. Daarover in Openbaring 14:10 meer.

Ook blijkt nu dat ook het beest en zijn aanbidders zullen worden geoordeeld. De naties die eerst de wijn van Babylons hoererij gedronken hebben, drinken nu de wijn van Gods grimmigheid. De uitdrukking “de wijn der gramschap van haar hoererij”omvat twee gegevens. In de eerste plaats dat Babylon alle volken is voorgegaan in de hoererij en de ontucht, waarbij “hoererij”letterlijk en figuurlijk als afgoderij moet worden opgevat. In de tweede plaats verzinnebeeldt de wijn hier het bedwelmende genot als een satanische tegenhanger van de wijn waarmee het kostbare bloed van Jezus/Yeshua wordt uitgebeeld. De gelovigen wordt met klem op het hart gedrukt te volharden tot de dood, want zalig de doden die in de Here sterven. Dit geldt in het bijzonder de gelovigen van het laatste uur.

Uit het voorgaande is al gebleken wat deze hoererij in Bijbelse zin inhoudt: overspelig afwijken van God.

 

1 Samuel 15: 23Voorwaar, weerspannigheid is zonde der toverij en ongezeggelijkheid is afgoderij en dienen van terafim. Omdat gij het woord des Heren verworpen hebt, heeft Hij u verworpen, zodat gij geen koning meer zult zijn.

 

Dat zal straks in wereldformaat gebeuren en het grote Babylon is daar het meest schuldig aan. Gelukkig wordt hier bij voorbaat aangekondigd, dat dit grote Babylon snel aan haar einde zal komen. De tweede engel ziet dit gebeuren profetisch al als voltooid. Elke afgodendienaar ‘zal gepijnigd worden met vuur en zwavel’, dat wil zeggen met de eeuwige pijnigingen van de poel van vuur, ten aanschouwen van de heilige engelen en het Lam. En de rook van hun pijniging stijgt op tot in alle eeuwigheid. Dat is het eeuwige lot van de beest-aanbidders, en zij hebben dag en nacht geen rust.

 

De derde engel

 

Openbaring 14:9-10-11 “En een andere engel, een derde, volgde hen, zeggende met luider stem: Indien iemand het beest en zijn beeld aanbidt en het merkteken op zijn voorhoofd of op zijn hand ontvangt, die zal ook drinken van de wijn van Gods gramschap, die ongemengd is toebereid in de beker van zijn toorn; en hij zal gepijnigd worden met vuur en zwavel ten aanschouwen van de heilige engelen en van het Lam. En de rook van hun pijniging stijgt op in alle eeuwigheden, en zij hebben geen rust, dag en nacht, die het beest en zijn beeld aanbidden, en al wie het merkteken van zijn naam ontvangt.”

 

Gelukkig heeft niet iedereen gebogen voor het beeld en het merkteken geweigerd. Maar men moet het met de dood bekopen. Maar God herstelt hen en laat hen als koningen regeren.

Deze derde engel komt met een zeer ernstige en indrukwekkende waarschuwing. Over het algemeen houden de mensen er niet van om gewaarschuwd te worden. Maar God waarschuwt ook in dit geval van te voren. De waarschuwing van de derde engel heeft betrekking op de individuele mensen namelijk op al degenen die het beest en zijn beeld aanbidden en het merkteken aanvaarden op hun voorhoofd of hand. Als iemand het beest en zijn beeld aanbidt en het merkteken op zijn voorhoofd of zijn hand krijgt, zal hij de wijn van Gods woede moeten drinken, die onverdund in de beker van zijn toorn is geschonken. Het resultaat van deze uiterst onbezonnen daad zal volgens het woord van deze engel voor de betreffende personen grote gevolgen hebben tot “in alle eeuwigheden”.

Daarmee worden allen bedoeld die eer bewijzen aan de opperste politieke macht in het antichristelijk rijk, zoals vroeger goddelijke hulde werd bewezen aan Nebukadnezar en later aan de Romeinse keizers. Zowel Babylon en later ook Rome vormden een politieke macht die het gelovige volk van God vervolgden.

Niet alleen de volken als zodanig, zullen de toorn van God ervaren, maar ook iedere individuele aanbidder van het beest. Letterlijk wordt er gezegd dat de wijn van Gods gramschap onvermengd is in de beker van Zijn toorn. Dat de wijn niet met water vermengd is, duidt op de verschrikkelijkheid van de toorn Gods in het eindoordeel.

Jeremia had dit ook al gezegd:

Jeremia 25:15 “Want aldus heeft de Here, de God van Israël, tot mij gezegd: Neem deze beker met de wijn der gramschap uit mijn hand en geef die te drinken aan alle volken, tot welke Ik u zend dat zij drinken en waggelen en dol worden ten gevolge van het zwaard, dat Ik onder hen zend. En ik heb de beker uit de hand des Heren genomen en die aan alle volken, tot welke de Here mij zond, te drinken gegeven.”

 

Niet alleen Jeremia, maar ook Job had al dat profetisch inzicht: Job 21:20  Laten zijn ogen zijn ondergang zien, en laat hij drinken van de grimmigheid van de Almachtige!

Dit beeld maakt duidelijk dat de toorn van God geen verzachtende maatregelen zal kennen. Het oordeel doet denken aan het oordeel over Sodom en Gomorra:

Genesis 19:24 “Toen liet de Here zwavel en vuur op Sodom en Gomorra regenen, van de Here, uit de hemel.”

Psalm 11:6 “Hij regent op de goddelozen vurige kolen en zwavel, schroeiende wind is het deel van hun beker.

 

2 Petrus 2:6 “…en de steden Sodom en Gomorra tot as verbrand, tot omkering gedoemd en ten voorbeeld gesteld heeft voor hen, die goddeloos zouden leven…”

Zij die onder Gods oordeel vallen zullen geen rust hebben. Het oordeel van God zal de vijanden van God en van Israël zeer zwaar treffen. Deze vijanden zullen voor de ogen van de engelen en voor de ogen van het Lam gestraft worden. Deze mensen zullen het Lam zien en dan van Hem verwijderd worden naar het eeuwige oordeel. Dat zal het allerergste zijn: zij zullen de Redder zien, die dan niet meer hun Redder zal zijn. Zij zullen geen rust hebben om even bij te komen van de pijniging, de smart en het verdriet. De straf gaat dag en nacht door:

Matthéüs 25:40-41 “En de Koning zal hun antwoorden en zeggen: Voorwaar, Ik zeg u, in zoverre gij dit aan één van deze mijn minste broeders hebt gedaan, hebt gij het Mij gedaan. Dan zal Hij ook tot hen, die aan zijn linkerhand zijn, zeggen: Gaat weg van Mij, gij vervloekten, naar het eeuwige vuur, dat voor de duivel en zijn engelen bereid is.”

Matthéüs 7:23 “En dan zal Ik hun openlijk zeggen: Ik heb u nooit gekend; gaat weg van Mij, gij werkers der wetteloosheid.”

De door Babylon verleide volken zullen gefolterd worden in vuur en zwavel:

Openbaring 19:20 “En het beest werd gegrepen en met hem de valse profeet, die de tekenen voor zijn ogen gedaan had, waardoor hij hen verleidde, die het merkteken van het beest ontvangen hadden en die zijn beeld aanbaden; levend werden zij beiden geworpen in de poel des vuurs, die van zwavel brandt.”

 

De foltering geschiedt voor het aangezicht van het Lam en de heilige engelen. Dit laatste gegeven is wellicht de meest ontzettende in de hele gerichtsprofetie van de Bijbel. De toorn van het Lam is dan immers niet meer te weerhouden, en des te vreselijker, omdat het Lam, de zachtmoedige bij uitstek, dan niet meer pleit voor zondaren, maar de straf aanziet zonder in te grijpen. Hier zal dan ook blijken wie de juiste keus heeft gemaakt.

 

Openbaring 14:12-13 “Hier blijkt de volharding der heiligen, die de geboden Gods en het geloof in Jezus bewaren. En ik hoorde een stem uit de hemel zeggen: Schrijf, zalig de doden, die in de Here sterven, van nu aan. Ja, zegt de Geest, dat zij rusten van hun moeiten, want hun werken volgen hen na.

 

De heiligen zijn zij die ‘de geboden van God en het geloof in Jezus/Yeshua bewaren.’Door de prediking van het evangelie van het koninkrijk hebben ze leren geloven in Jezus/Yeshua als de komende Messias en ze gehoorzamen Gods geboden in afwachting van Zijn komst om hen te bevrijden. Het vers is een aansporing tot deze getrouwen om te volharden in de strijd tegen het beest, opdat zij niet met de dienaren van het beest geoordeeld worden.

 

Er is geen tussenweg, geen vlucht uit de vreselijke nood mogelijk. Geen enkel excuus kan worden aangevoerd als men het beest en zijn beeld aanbidt of zijn merkteken aanneemt. Het gaat hier over de heiligen, over gelovigen van het laatste uur. “Schrijf”, is wat Johannes te horen krijgt en dat is wat Johannes steeds moet doen, maar nu wordt het er weer extra bij vermeld. Schrijf, dicteert de Here aan Johannes: Zalig de doden die in de Here sterven, van nu af.

In de eerste plaats worden de gelovigen bemoedigd en aangespoord om tijdens hun leven op aarde te blijven volharden. Hier komt het aan op de standvastigheid in Jezus/Yeshua te blijven geloven. Zij moeten de belijdenis dat Hij hun Heiland en Heer is niet loslaten.

Hebreeën 4:14 “Daar wij nu een grote hogepriester hebben, die de hemelen is doorgegaan, Jezus, de Zoon van God, laten wij aan die belijdenis vasthouden.”

In de tweede plaats worden de gelovigen bemoedigd omdat zij na hun aardse leven in de hemel de rust van God zullen ervaren. De doden die 'in de Here gestorven zijn' zullen 'rusten' van hun moeiten en zorgen, hun leed en verdriet. Zij zijn gestorven in verbondenheid met Hem. Zij zijn 'in Jezus/Yeshua ontslapen'. Zij dragen het mooiste getuigenis dat van hun leven verteld kan worden. Alleen dat Jezus/Yeshua in hun leven was, is dan nog belangrijk. Zij hebben in verbondenheid met Hem geleefd en zijn in verbondenheid met Hem gestorven. Nu mogen zij de hele eeuwigheid in verbondenheid met Hem doorbrengen.

Er is meer dan dat alleen hun ziel gered is. Hun aardse werken die in Yeshua verricht zijn,  gaan als het ware met hen mee naar de hemel. Niet wat we voor de Heer gedaan hebben is van waarde, maar wat Hij in ons heeft uitgewerkt.

 

1 Corinthiërs 3: 12 t/m 15 “Is er iemand, die op dit fundament bouwt met goud, zilver, kostbaar gesteente, hout, hooi, of stro, ieders werk zal aan het licht komen. Want de dag zal het doen blijken, omdat hij met vuur verschijnt, en hoedanig ieders werk is, dat zal het vuur uitmaken. Indien het werk, dat hij erop gebouwd heeft, standhoudt, zal hij loon ontvangen, maar indien iemands werk verbrandt, zal hij schade lijden, doch hij zelf zal gered worden, maar als door vuur heen.

 

Na de oordeelsaanzegging en het laatste appél tot bekering volgt de aankondiging van de oogst.

 

Terug naar: Inhoud