Hoe Rusland al tientallen jaren het antisemitisme aanwakkert

 

Door: Franklin ter Horst (Aangemaakt: 21 december 2015) (Laatste bewerking: 7 november  2019)

 

In zijn boek “Disinformation,” onthult Ion Mihai Pacepa, voormalig hoofd van de Roemeense militaire inlichtingendienst tot in detail hoe de leiders van de voormalige Sovjet Unie enorme successen boekten met het verspreiden van valse informatie in het Westen. In het boek dat hij samen schreef met historicus en professor Ronald Rychlak, legt Pacepa uit dat de Sovjet Unie zich in tegenstelling tot andere landen niet hoofdzakelijk toelegde op het bespioneren van de vijand, maar op het verspreiden van leugens en desinformatie door bijvoorbeeld te infiltreren in de politiek en invloedrijke organisaties en instellingen. Pacepa schrijft dat het Kremlin al tientallen jaren doelbewust het antisemitisme in de Arabische moslimwereld aanwakkert en het feitelijke brein is achter de verspreiding van de vooral op het alternatieve internet populaire Zionistische complottheorieën over een zogenaamd geheim Joods plan om over de hele wereld te heersen. Om dat allemaal nog wat extra kracht bij te zetten verzonnen ze een ‘Palestijns volk’ hadden ze een schurk nodig die dat vuurtje verder voor hen zou kunnen aanwakkeren.

 

Ion Mihai Pacepa, hoofd van de Roemeense militaire inlichtingendienst, Arafats persoonlijke coach. Zijn eerste boek, 'Red Horizons', werd een internationale bestseller.

 

Voor deze rol had de voormalige Russische geheime dienst de KGB al in het begin van de jaren 60 hun oog laten vallen op de Egyptenaar Jasser Arafat (Abd al Rachman abd al-Rauf Arafat al-Koed Al Hoesseini) en hem voor te bereiden als de toekomstige leider van de terreurorganisatie PLO (Palestine Liberation Organisation). Hij werd vervolgens getraind voor een carrière als terrorist op haar speciale school Balashikha, ten oosten van Moskou waar ook zijn maatje Abu Mazen (Mahmoud Abbas) de huidige ‘president’ van de “Bende van Ramallah” bij aanwezig was. Daarnaast werd het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP) door de KGB opgericht en direct door het Kremlin gefinancierd. De KGB vernietigde alle officiële rapporten van Arafats geboorte in Caïro (ook het feit dat hij niet als moslim bekend stond) en verving ze door vervalste documenten waarin stond dat hij geboren was in Jeruzalem, daardoor een ‘Palestijn’ van geboorte en een goed gelovig moslim. Het feit dat hij bij herhaling fanatieke verklaringen afgaf dat hij als martelaar voor Allah wilde sterven, hoorde bij de propaganda.

Om er zeker van te zijn dat Arafat zich aan de afspraken zou houden, legde de KGB Arafat en zijn trawanten in de handen van een meester in de propaganda: Nicolai Ceausescu, de voormalige dictator van Roemenië. Arafats persoonlijke ‘coach‘, Ion Mihai Pacepa had zijn handen vol aan Arafat die dikwijls woedend uitvoer tegen de bevelen van Ceausescu dat de PLO zich moet presenteren als een revolutionair volksleger dat streed tegen onrecht en voor de bevrijding van de onderdrukten.

Maar geleidelijk aan begonnen de lessen van Ceausescu’s tot hem door te dringen. Ze hadden hem geleerd propaganda tactieken te ontwikkelen die het hem mogelijk maakten het beeld te creëren van een ontworteld volk dat onderdrukt werd door een koloniale macht.

Ondanks de lessen van zijn Roemeense en Noord-Vietnamese gastheren en coaches, waren de Russen nog niet zo zeker van Arafat’s betrouwbaarheid. Ze besloten met hulp van Pacepa en gebruik makend van de goede diensten van de Roemeense ambassadeur in Egypte, Arafats nachtelijke homoseksuele activiteiten in het geheim op tape vast te leggen. De videobanden waarop de pedofiel Arafat  rommelde met zijn lijfwachten maar ook met minderjarige weesjongetjes die hem door Ceausescu werden geleverd, verdwenen in de kluis en zouden voortaan een betrouwbare troef voor het Kremlin blijven.

Dankzij de inbreng van Ceausescu, de Noordvietnamese generaal Giap en een groep Algerijnen, ontwikkelde Arafat het beeld van ‘illegale bezetting en Palestijnse nationale zelfbeschikking’ waarmee hij later zoveel succes zou oogsten in het Westen.

Arafat hield van kleine jongetjes

In slechts enkele jaren tijd werd het Midden-Oosten conflict met Israël radicaal herschreven. Zo begon de Sovjet-Unie een campagne om Israël en het Zionisme te delegitimeren, een campagne die tot op de dag van vandaag nog steeds anti-Joodse haat voortbrengt. Na 1967 begonnen de Russen de wereld te overspoelen met een constante stroom anti-Zionistische propaganda. Het waren de Sovjets die de catalogus van anti-Israëlische scheldwoorden introduceerden en vervolgens internationale aandacht kregen.  Scheldwoorden als “beoefenaars van genocide”, “racisten”, “concentratiekampen” en “Herrenvolk”, zijn vandaag nog steeds in gebruik om onder meer vergelijkingen te maken tussen Israël en het voormalige Zuid-Afrikaanse apartheidsbewind.

Al in 1965 had de Sovjet-Unie in de Verenigde Naties een resolutie voorgesteld die het Zionisme zou veroordelen als kolonialisme en racisme. Dat lukte in eerste instantie niet maar na een vloed van Sovjet dweperij en propaganda werd de VN een overweldigend dankbare ontvanger van deze smeerlapperij wat in november 1975 resulteerde dat in een goed gekeurde resolutie 3379 waarin het zionisme werd veroordeeld als “een vorm van racisme en rassendiscriminatie”.De politieke linkerzijde in het Westen vond het allemaal prachtig. Door de Sovjet-tactieken bij het isoleren van Israël werd de terreurmiljardair Jasser Arafat als een ‘respectabel’ persoon gezien. Wereldleiders van alle politieke kleuren – niet alleen de linkse kliek – stonden vervolgens in de rij om deze schurk te ontmoeten. Ze gaven hem zelfs de Nobelprijs voor de Vrede.

Zoals de Noord Vietnamese communisten succes hadden met hun ‘bevrijdingsstrijd’ tegen de Amerikanen, zo boekte Arafat op dezelfde manier succes tegen wat men de ‘Israëlische bezetters’ noemt. Israël was plotseling een koloniale macht in het Midden-Oosten die de verarmde, ongewapende, hulpeloze, ongelukkige en hopeloze Arabieren onderdrukte en die daardoor het volste recht hadden de ‘bezetters’ met alle beschikbare middelen te bestrijden. Nadat ze Arafat hadden omgeturnd tot een fanatieke antizionist werd hij een belangrijke undercoveragent voor de KGB. Om zelf uit beeld te blijven gaf Moskou vlak na de zesdaagse oorlog in 1967 de Egyptische president Nasser (een Sovjet marionet) de opdracht Arafat tot voorzitter van de PLO, de Palestijnse terreurorganisatie te benoemen. De 432 leden van de eerste Palestijnse regering, waren door de KGB uitgekozen marionetten.

In 1969 vroeg de KGB Arafat de oorlog te verklaren aan het Amerikaanse "imperialistische Zionisme" tijdens de eerste bijeenkomst van de Zwarte Terrorist Internationaal, een neofascistische pro-Palestijnse organisatie, gefinancierd door de KGB en Muammer Gadhaffi de voormalige dictator van Libië.

In het midden van de jaren 1970, richten het Sovjetblok en de Arabisch/islamitische wereld samen een pro-PLO lobby op binnen de Verenigde Naties. De bonte verzameling van Arabische dictaturen, Derde Wereld autocratieën en de autoritaire regimes van het Sovjetblok, namen resoluties aan waarin Israël werd aangevallen en de PLO werd ondersteund. Op 14 oktober 1974 nodigde de Algemene Vergadering van de VN met Resolutie 3210 XXIX de PLO uit in de VN als zijnde de wettige vertegenwoordiger van het ‘Palestijnse’ volk. Nauwelijks een maand later, 13 november 1974, sprak PLO-leider Yasser Arafat de Verenigde Naties toe. Arafat droeg tijdens zijn toespraak in de VN een revolver en een olijftak (om het theater te completeren). Een jaar later beloonde de UNGA (Algemene Vergadering van de Verenigde Naties)  de PLO met de status van permanente vertegenwoordiger in de VN. Datzelfde jaar, 10 november 1975, en op instignatie van het Arabische moslimblok en het Sovjetblok, nam de UNGA Resolutie 3379 aan waarin het Zionisme werd beschouwd als een vorm van racisme. De Amerikaanse afgevaardigde aan de VN Daniel Patrick Moynihan noemde de resolutie een “obscene daad” terwijl de toenmalige Israëlische afgevaardigde, Chaim Herzog, zijn collega-afgevaardigden berispte en hen vertelde dat de resolutie gebaseerd was op haat, leugens en onwetendheid. “Hitler,” zo verklaarde hij “zou zich hier thuis gevoeld hebben als hij geluisterd had naar de debatten in de VN over deze maatregel”.

In 1972 had Pacepa in Moskou een ontbijt met Yury Andropov destijds hoofd van de KGB (de voormalige Russische geheime Dienst) en later partijleider. Tijdens dit ontbijt vertelde Andropov dat hij had besloten het Arabische antisemitisme om te vormen tot een anti-Amerikaanse doctrine voor de hele Moslimwereld. Het idee was om de Verenigde Staten af te schilderen als een oorlogszuchtig Zionistisch land dat gefinancierd wordt door Joods geld en wordt geleid door de roofzuchtige 'raad van de Oudsten van Zion', de spottende bijnaam die de KGB aan het Amerikaanse Congres gaf, en dat deze raad ernaar streeft om de hele wereld aan de Joden te onderwerpen.'

 

Andropov stelde dat één miljard tegenstanders het Westen veel meer schade zouden kunnen toebrengen dan 150 miljoen (Sovjet soldaten). Zelfs Mohammed beperkte zijn religie niet tot de Arabische landen, redeneerde hij. Het toenmalige hoofd van de KGB zag de Moslimwereld als een petrischaaltje waarin de haat tegen Amerika zou kunnen worden gekweekt - een haat die echter afkomstig zou zijn uit de 'bacterie' van het Marxistisch-leninistische gedachtegoed. Het antisemitisme zat volgens Andropov toch al diepgeworteld in de islam. Daarnaast waren de Moslims in zijn ogen gevoelig voor nationalisme, chauvinisme en slachtofferschap, waardoor hun ongeletterde onderdrukte menigten eenvoudig zouden kunnen worden opgezweept tot koortsachtige antisemitische en antiwesterse razernij.

 

Yuri Andropov

 

Het enige wat de Russen hoefden te doen was keer op keer en jaar in jaar uit herhalen dat de Verenigde Staten een oorlogszuchtig en door Zionisten geleid land is dat van plan is de hele wereld over te nemen en daarnaast Israël zoveel als mogelijk te demoniseren.

 

De KGB kreeg volgens de oud generaal miljoenen dollars en duizenden mensen tot zijn beschikking voor dit gigantische propagandaproject. In 1978 had alleen al de Roemeense spionagedienst 500 undercover agenten naar diverse islamitische landen gestuurd. Het hele Sovjetblok zou in dat jaar al 4000 agenten -waaronder ingenieurs, artsen, leraren en zelfs kunstenaars en geestelijken- hebben ingezet om de islamitische wereld verder op te zwepen tegen Amerika, het Westen en Israël. Om deze haat nog wat verder aan te wakkeren verspreidden de Sovjets honderdduizenden exemplaren van het antisemitische propagandawerkje 'De Protocollen van de Oudsten van Sion'. Ze zorgen ervoor dat dit smerige en leugenachtige antisemitische geschrift aller tijden, een Arabische bestseller werd en door heel de Moslimwereld werd verspreid, vanwaar het werd meegenomen naar het Westen, waar inmiddels steeds meer mensen in deze misleidende leugens zijn gaan geloven. In de hele Arabische wereld is sindsdien een stroom aan antisemitische artikelen en cartoons op gang gekomen.

 

Andropov zat ook achter de kapingen van El-Al vliegtuigen door PLO-terroristen en door het bekritiseren en vernederen van Israël en probeerde op deze manier de status van Rusland in de Arabische wereld te verhogen. Tevens werd er zo'n 1000 ton van het reukloze explosief Semtex-H naar PLO-terroristen en Libische terroristen verscheept. Volgens de Tsjechische oud president Vaclav Havel, die deze informatie in 1990 naar buiten bracht, was slechts 200 gram voldoende om een passagiersvliegtuig op te blazen. Ook de Oost Duitse inlichtingendienst Stasi verstrekte wapens en munitie aan een groot aantal terreurorganisaties. Na de val van de Muur gaven diverse voormalige topmannen van de KGB en de Oost Duitse Stasi toe dat ze er alles aan hadden gedaan om Israël,West Europa en de Verenigde Staten te ondermijnen door onder andere massaal het terrorisme te ondersteunen. Pacepa constateert terugkijkend dat het KGB leider Andropov goed is gelukt om het antisemitisme wereldwijd aan te wakkeren en met name de islamitische wereld te manipuleren en om vormen tot een dodelijke vijand van de Verenigde Staten, Europa en Israël.

 

In de documentaire 'Disinformation: The Secret Strategy to Destroy the West' onthult Pacepa hoe de onbenullige Amerikaanse president Jimmy Carter destijds in de misleiding van de KGB is getrapt, door aartsterrorist Jasser Arafat als serieuze gesprekspartner voor vrede met Israël te accepteren. Arafat en ook de huidige PLO-leider Abu Mazen (Mahmoud Abbas) werden doelbewust door de KGB uitgekozen, getraind en gefinancierd om de PLO te leiden en de Sovjetbelangen in het Midden Oosten te dienen, die een grote terugslag hadden gekregen na de nederlaag die Egypte en Syrië leden tijdens de Zesdaagse Oorlog tegen Israël in 1967. Toen Sovjetleider Leonid Brezhnev en KGB directeur Yuri Andropov hun pion Arafat naar voren schoven als 'vredesduif', riepen ze de hulp in van Amerika's favoriete tiran, de voormalige Roemeense dictator Nicolae Ceaucescu. Hij werd naar Washington gestuurd om president Jimmy Carter ervan te overtuigen dat Arafat een betrouwbare gesprekspartner was.

Pacepa begeleidde in 1978 Ceaucescu toen hij naar Washington reisde, hetzelfde jaar waarin Pacepa later overliep naar het Westen. Hij herinnert zich dat Brezhnev en Andropov ervan overtuigd waren dat Carter in het lokaas zou bijten, wat de als één van de slechtste Amerikaanse presidenten ooit beschouwde Carter inderdaad deed. 'Ceaucescu overtuigde Carter dat hij Arafat zou kunnen overhalen om de PLO van een terreurorganisatie in een gezagsgetrouwe regering in ballingschap te veranderen,' aldus Pacepa. Carter noemde de Roemeense dictator 'een grote leider van een groot land'. Eén maand eerder had Pacepa Arafat naar Boekarest gehaald en hem geïnstrueerd om tegenover Carter 'gewoon te blijven doen alsof hij met het terrorisme zou breken en Israël zou erkennen. Hij heeft deze opdracht tot aan zijn dood keer op keer uitgesproken en daarmee de hele internationale gemeenschap jarenlang misleid.

Pacepa legt uit dat de Sovjet Unie zich in tegenstelling tot andere landen niet hoofdzakelijk toelegde op het bespioneren van de vijand, maar op het verspreiden van leugens en desinformatie door bijvoorbeeld te infiltreren in de politiek en invloedrijke organisaties en instellingen. Deze tactiek wordt tot op de dag van vandaag onverminderd voortgezet. Uit Pacepa's boek blijkt dat de Sovjets doelbewust de Westerse media en maatschappij tegen het christendom hebben opgezet, de radicale islam, jihad en terrorisme hebben ondersteund en aangemoedigd, en met succes Marxistische denkbeelden hebben weten over te brengen in Washington, Brussel en veel NAVO-landen. De Russische desinformatiecampagne slaagde omdat de zogenaamde 'onafhankelijke' Westerse pers doelbewust gecreëerde leugens accepteerde en aan het publiek als de waarheid presenteerde. Klik hier hoe Israël daar het slachtoffer van is geworden. Door de aanhoudende infiltratie werd de Westerse media stap voor stap overgenomen door 'links' en 'progressief', waardoor de Westerse samenleving en cultuur steeds kwetsbaarder werden door de Sovjets bedachte ondermijnende ideeën, principes en doelstellingen. Men hoeft daarom in de media en op internet niet lang te zoeken naar leugens en de meest smerige beschuldigingen over Israël en het Joodse volk.

De Palestijnse terreurleider Mahmoud Abbas spioneerde voor de Russische KGB

De Israëlische televisiezender Kanaal 1 meldde op 7 september 2016 dat de Palestijnse terreurleider Mahmoud Abbas in de tachtigerjaren als spion voor de toenmalige Russische Geheime Dienst de KGB heeft gewerkt. Dat blijkt uit documenten van de inlichtingendienst van de Sovjet-Unie. De belastende stukken zijn volgens Channel 1 afkomstig van KGB-deserteur Vasily Mitrochin, die ze begin jaren negentig naar het Westen smokkelde. Uit deze documenten blijkt dat Abbas tijdens de Koude Oorlog onder de codenaam ‘Krotov’ (de mol) sinds 1983 werkte als geheim agent voor de KGB vanuit de Syrische hoofdstad Damascus. 

Russian President Vladimir Putin (L) shakes hands with his Palestinian counterpart Mahmud Abbas during their meeting at the Novo-Ogaryovo residence outside Moscow on April 13, 2015. (Photo credit: AFP/ POOL / SERGEI ILNITSKY)Poetin schudt hier de hand van Palestijnse terreurleider Mahmoud Abbas gedurende een bijeenkomst in de Novo-Ogaryovo residentie buiten Moskou op 13 april 2015. (Photo credit: AFP/ POOL / SERGEI ILNITSKY).

Mitrochin was een voormalige archivaris van de Russische geheime dienst en vluchtte na de val van het IJzeren Gordijn in 1992 naar Groot-Brittannië. Gedesillusioneerd door de Sovjet onderdrukking kopieerde hij jarenlang geheime documenten en creëerde als zodanig een schat aan informatie voor het Westen. Hij bracht duizenden pagina’s aan informatie met zich mee inclusief het rapport uit 1983 waarin Abbas als spion genoemd wordt. Zijn handgeschreven notities zijn door de Britten opgeslagen in het Churchill Archives Center in de Universiteit van Cambridge.

De informatie dat Abbas spioneerde voor de KGB is boven tafel gehaald door de Israëlische onderzoekers Isabella Ginor en Gideon Remez, van het Truman Instituut van de Hebreeuwse Universiteit.

In het midden van de jaren 1970, richtte het toenmalige Sovjetblok en de Arabisch/islamitische wereld samen een pro-PLO lobby op binnen de Verenigde Naties. In die tijd deed een grap de ronde dat “indien een Arabische staat een resolutie zou indienen bij de Verenigde Naties dat de aarde plat was, deze met een meerderheid van de stemmen in de Algemene Vergadering zouden worden aangenomen.” De bonte verzameling van Arabische dictaturen, Derde Wereld autocratieën en de autoritaire regimes van het Sovjetblok, namen resoluties aan waarin Israël werd aangevallen en de PLO werd ondersteund, een terroristische organisatie met het bloed van onschuldige burgers aan haar handen. Op 14 oktober 1974 nodigde de Algemene Vergadering van de VN met Resolutie 3210 XXIX de PLO uit in de VN als zijnde de wettige vertegenwoordiger van het ‘Palestijnse’ volk. Nauwelijks een maand later, 13 november 1974, sprak PLO-leider Yasser Arafat de Verenigde Naties toe. Arafat droeg tijdens zijn toespraak in de VN een revolver en een olijftak (om het theater te completeren). Een jaar later beloonde de UNGA de PLO met de status van permanente vertegenwoordiger in de VN.

Datzelfde jaar, 10 november 1975, en op instignatie van het Arabische moslimblok en het Sovjetblok, nam de UNGA Resolutie 3379 aan waarin het Zionisme werd beschouwd als een vorm van racisme. De Amerikaanse afgevaardigde aan de VN Daniel Patrick Moynihan noemde de resolutie een “obscene daad” terwijl de toenmalige Israëlische afgevaardigde, Chaim Herzog, zijn collega-afgevaardigden berispte en hen vertelde dat de resolutie gebaseerd was op haat, leugens en onwetendheid. “Hitler,” zo verklaarde hij “zou zich hier thuis gevoeld hebben als hij geluisterd had naar de debatten in de VN over deze maatregel”. Pas zestien jaar later, in december 1991, herriep de UNGA deze beschamende resolutie 3379 met een stemming van 111 tegen 25.  De Arabische staten daarentegen onthielden zich of stemden tegen en de PLO veroordeelde de resolutie. Geen enkel Arabisch land stemde voor de resolutie. Onder de tegenstemmers o.a. Algerije, Iran, Irak, Jordanië, Libanon, Libië, Saoedi-Arabië, Syrië, de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) en Jemen.

Russische anti-Zionistische propaganda gaat door tot op de dag van vandaag

De stroom anti-Zionistische propaganda van de Russen duurt voort tot op de dag van vandaag. Na 1967 begon de USSR de wereld te overspoelen met een constante stroom anti-Zionistische propaganda. Het waren de Sovjets die de catalogus van anti-Israëlische scheldwoorden introduceerden in een openbaar internationaal discours – nog steeds erg in gebruik vandaag – met scheldwoorden als “beoefenaars van genocide”, “racisten”, “concentratiekampen” en “Herrenvolk”. tactiek was constant om vergelijkingen te maken in de Sovjet media tussen Israël en Zuid-Afrika. Al in 1965 had de USSR formeel in de Verenigde Naties een resolutie voorgesteld die het Zionisme zou veroordelen als kolonialisme en racisme. Hoewel de Sovjets niet slaagden in hun eerste poging om dat te doen, bleken de VN een overweldigend dankbare ontvanger van Sovjet dweperij en propaganda; in november 1975 werd resolutie 3379 goedgekeurd waarin het zionisme werd veroordeeld als “een vorm van racisme en rassendiscriminatie” en eindelijk aangenomen. Een deel van de Sovjet-tactieken bij het isoleren van Israël maakte dat de Palestijnse terreurorganisatie (PLO) als ‘respectabel’ werd gezien door allerlei nuttige idioten. Wereldleiders van alle politieke

Terug naar: Inhoud